21-11-2008

IJburg: een sfeerportret

Voor een voormalige Achterhoeker, gewend aan eeuwenoude zandgronden met miezerige beekjes en een enkele uitgegraven recreatieplas, is mijn nieuwe woonomgeving interessant te noemen. Het is hier namelijk nogal waterig. Zompig, welhaast.

Afgelopen weekend maakte ik in het kader van mijn 'high as a kite on sunlight'-voornemen voor deze winter een wandeling van twee uur. Ik vertrok zonder plan. In het Flevopark zie je het eerste water al, en daar voorbij begint het feest pas echt goed met bruggen, eilanden, een drukbevaren kanaal en het uitgestrekte IJ. Ik stuitte op de Nesciobrug, een sierlijke overbrugging over het kanaal, bestemd voor fietsers en wandelaars. Mooi gebouwd (moet een vermogen gekost hebben!) en erg fotogeniek. Bovendien een geweldige roetsjbaan voor fietsers, tenminste, voor de helft. Een passende beloning voor een flink stuk bergop ploeteren. Mijn buurvrouw, een politiebrigadier met een kat genaamd Bandit, is er vanaf geskeelered. Politiepetje af!

Het lijkt vreemd, zo’n chique brug schijnbaar in the middle of nowhere. Schijnbaar, want het bouwwerk verbindt het vasteland met het paradepaardje van de gemeente Amsterdam: de gloednieuwe wijk IJburg. Toen ik de appartementen van Steiger- en Haveneiland in het oog kreeg, overviel me een extatisch gevoel en de zon brak glorieus door. Dat is het Beloofde Land, ging er door me heen. Tenminste, als je van yuppen of inbreken houdt, nuanceerde ik even later. Ik doorkruisde de smaakvol gevarieerde woonblokken, en het ene na het andere retestrakke interieur vol designmeubels en iMacs en enorme keukens trok aan me voorbij. Hier woont de gegoede burgerij, dat is wel duidelijk. Een schoon straatbeeld + moderne architectuur + veel jonge, hippe gezinnen + weinig roestbakken zorgt voor een Gattaca-ervaring.

Toch heeft IJburg z'n mindere kanten: bijna overal staat de wind ongegeneerd in je smoel te blazen. Dat heb je met eilanden. Ook van het rechttoe rechtaan stratenplan moet je houden. De centrale weg is een kaarsrechte dubbele racebaan die in de spits mudjevol staat. Misschien dat alleen iemand uit Lelystad er lyrisch van wordt. Hoe dan ook, de net uit de modder getrokken, smetteloze wijk laat een erg Hollandsche indruk achter, wat nog versterkt wordt door de ondervertegenwoordiging van onze allochtone medemens (al is het met Oud-Zuid een stuk erger gesteld – prinsen en negers mixen blijkbaar niet). Ik ben er nog niet uit of ik zo’n utopische cleanheid fijn vind of juist eng. Op mijn linkerschouder zit een duiveltje dat fluistert: uniformiteit voelt toch lekkerrrrrrr?, terwijl het engeltje aan de andere kant zeurt: maar verscheidenheid is de realiteeeeiiiit!

Ach, het valt nog te bezien of ik ooit genoeg ga verdienen om een riant koophuis op IJburg te verwerven. Sowieso wil ik, als het door een wonder dan toch zover is, eigenlijk in een big ass penthouse op de bovenste verdieping van een big ass woontoren op de Amsterdamse Zuidas wonen. Puur om letterlijk en figuurlijk neer te kunnen kijken op Uilenstede. En dan neem ik een onderbetaalde, niet-Europese schoonmaakster in dienst. Laat dat engeltje me tenminste met rust.

Update 2/12: Blijkt dat IJburg toch niet zo'n paradijs op aarde is als dat het lijkt. Volgens buurtkrant IJopener is het een normale Amsterdamse wijk geworden, compleet met onderwijssegregatie, hangjeugd, toenemende criminaliteit en andere overlast. Een onverwacht groot aantal kinderen ligt hier deels aan ten grondslag. Toch schijnen er veel teveel dure woningen voor kinderloze tweeverdieners te zijn, en maar weinig betaalbare eensgezinswoningen. Vreemd, vreemd. IJburg is toch minder voorspelbaar dan ik dacht...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten