26-01-2009

Mega Movie Mallemolen

Ik hoor hier eigenlijk helemaal geen tijd voor te hebben. Helaas is fijne films recenseren veel te leuk. Ik zie het als dubbel genieten, zoals ik kan genieten van een dubbele Double Whopper (in theorie, want veel te duur). Heb heel wat in te halen, dus hier zijn enkele van de meest bijzondere films die ik het afgelopen halfjaar zag.

• DE NEGENS
L’Armée des Ombres (1969)
Een film over het Franse verzet en het effect dat het heeft op de verzetsstrijders zelf. Hoewel er ware kunststukjes worden vertoond (zoals spectaculaire ontsnappingen), wordt de praktijk niet afgeschilderd als heroïsch. De ondergrondse strijd is meer een kil proces waarin de hoofdpersonen gedwongen zijn mee te draaien, waarbij verraad altijd op de loer ligt. Het wordt neergezet als een soort geestelijke en uiteindelijk lichamelijke zelfmoord, maar waarvoor precies? Het verzet lijkt een doel op zichzelf te zijn geworden, een doel dat alle middelen heiligt. Ik vermoed dat de ‘schaduwen’ ('Ombres') in de titel naar die morele schemerwereld verwijzen. Dit heel beheerst (anderen zullen zeggen: afstandelijk) vertelde oorlogsdrama wordt samen met Le Samuraï gezien als het beste werk van Jean-Pierre Melville. Heel wat beter dan opgepimpte verzetsverhalen zoals Zwartboek.

Mephisto (1981)
Nog een oorlogsfilm, maar met een ander karakter dan bovenstaande. Dankzij het kunstenaarsmilieu waarin de film zich afspeelt is het een veel expressievere prent geworden. Centrale vragen zijn: waar sta je als kunstenaar op politiek gebied? Moet je stelling nemen, of sta je in dat beroep boven zulke keuzes? Ik had nog nooit van hoofdrolspeler Klaus Maria Brandauer gehoord, maar wat is dat een goede acteur! Hij speelt een ambitieuze toneelspeler die niets met het nazi-regime op heeft (hij heeft zelfs een minnares van Afrikaanse origine!), maar politieke steun ook niet kan missen om vooruit te komen. De wilde jaren dertig in Berlijn worden met minder nostalgie neergezet dan gewoonlijk, zodat het soms lijkt alsof je naar een hedendaags drama zit te kijken. Het (toepasselijk?) dik aangezette verhaal belooft helaas meer dan dat het waarmaakt, maar vanwege Brandauers spel en Szábo’s aandacht voor kleine emoties houd ik het op een 9.

Badlands (1973)
Het bewijs dat sommige regisseurs met minder budget en grijze haren veel betere films maken dan later in hun carrière. Misschien kreeg Terence Malick meer pretenties, een hogere werkdruk, of teveel mogelijkheden, want The Thin Red Line en The New World zijn toch veel meer style dan substance. Net als Picnic at Hanging Rock (zie hieronder) heeft de film een lome 70’s hippiesfeer, met dankzij de heel natuurlijke plotontwikkeling een schijnbaar free-flowing verhaal. Nadat hij haar vader vermoordt, gaat een jonge, psychotische Martin Sheen er vandoor met een nog jongere Sissy Spacek. Naïef volgt zij hem waar hij gaat, ook als dat richting de afgrond is. Beiden acteren de sterren van de hemel, maar vooral Sheen is indrukwekkend. Zijn stuurloze, onvoorspelbare levenswandel lijkt op die van de moordenaar Roberto Succo in de gelijknamige obscure film (zie recensie), maar er zijn ook parallellen met veel andere vrijgevochten filmpersonages, o.a. gespeeld door James Dean en Marlon Brando. Heel sfeervol en mooi gefilmd — een handelsmerk van Malick — met een onderhuidse, fatalistische spanning; een echte aanrader.

Starship Troopers (1997)
De eerste keer dat ik deze moderne cultfilm zag, dacht ik: Nee! Weer een cheesy wanproduct van onze nationale schandvlek! Toch ben ik de film steeds meer gaan waarderen. De hele opzet is uniek: sociaal commentaar verpakt als een scifi-actiefeest. De mensheid strijdt tegen insectoïde aliens, de arachnids. Het is duidelijk dat de oorlog slechts een uit de hand gelopen natuurlijke afweerreactie van beide zijden is, maar toch raast hij onverminderd door. Jonge mensen, zoals de overdreven soapie-achtige hoofdpersonen, zien de oorlog als een middel om status ('citizenship') te verwerven in de maatschappij. Thema’s als militarisme en fascisme (zie de uniformen, propagandistische newsflashes, het demoniseren van de vijand) worden heel toegankelijk gemaakt... al lijkt de overgrote meerderheid van de kijkers de diepere laag te missen. Neem een scène van massa’s soldaten die over een vlakte rennen. Die is niet alleen opwindend, maar lijkt als twee druppels water op een vergelijkbare scène met arachnids. Wij mensen zijn ook gevaarlijke organismen, een plaag bijna; het ligt er maar net aan vanuit welk perspectief je ons bekijkt. De special effects zijn helemaal in orde, wat best een prestatie genoemd mag worden voor een film uit 1997. Loopt net als Total Recall over van tomeloze fantasie en ambitie. Die Verhoeven flikte het toch maar...

Crimson Gold (Talaye Sorkh, 2003)
Subtiele, realistische prent over Hussein, een Iraanse pizzabezorger (hoezo onwaarschijnlijke protagonist?). De aanvankelijk meegaande man ondergaat de dagelijkse sleur van doelloos werk en maatschappelijke vernedering, totdat hij barst. Biedt een interessant kijkje in de ongelijke en repressieve Iraanse samenleving. Na deze film en verschillende docu’s gezien te hebben, denk ik dat er weinig landen zijn met grotere tegenstellingen op economisch en ideologisch gebied. Dit is echter geen afstandelijk politiek pamflet in de vorm van een film, maar een diep-menselijk portret waarin Hussein centraal staat. Het heeft een heel eigen sfeer en tempo en sommige scènes staan nu, maanden later, nog op m’n netvlies gebrand. Ruwweg van het kaliber Caché en ook één van de zeldzame pareltjes van de wereldcinema. En ik heb hem op dvd!

Brief Encounter (1945)
De bekende Brit David Lean regisseerde deze film, die, hoewel hij over overspel in de jaren ‘40 gaat, helemaal niet zo gedateerd is als ik dacht. Het drama van vreemdgaan is tijdloos, dat bewijst Brief Encounter wel. Een man en een vrouw lopen elkaar toevallig tegen het lijf en een passionele, maar onmogelijke affaire volgt. De karakters zijn niet té knap en komen daardoor naturel over. Wat minder naturel is dat de film omzichtig om de “heetste brij” heendraait, maar er wordt genoeg gesuggereerd (zoek de verborgen hints!), en passie, schuldgevoel, wanhoop en andere heftige emoties spatten van het scherm. Ik kan me voorstellen dat een gemiddelde bioscoopbezoeker destijds lichtelijk geshockeerd de zaal verliet. Erg mooi en sfeervol gefilmd in zwart-wit, met veel donkere perrons met stoomwolken van passerende locomotieven (ik weet zeker dat moderne regisseurs die ideale set pieces deerlijk missen).

• DE ACHTEN
Picnic at Hanging Rock (1975)
I’m a sucker voor films die er een heel eigen stijl op na houden, zonder dat dit ten koste gaat van het vertellend vermogen. Picnic... is zo’n film. Drie meisjes verdwijnen op klaarlichte dag tijdens een kostschooluitje in de bossen van Australië. Wat volgt is een onwerkelijke, droomachtige zoektocht naar wat er met hen gebeurd is. Niemand wordt veel wijzer, laat staan de kijker. Net zoals Badlands is het qua dromerige sfeer en romantiek een typische seventiesfilm. De symboliek rond maagdelijkheid, onschuld en puurheid vliegt je om de oren. Ik sluit overigens niet uit dat er wat snippertjes LSD aan te pas kwamen bij de totstandkoming van deze film. Van Peter Weir, regisseur van o.a. Dead Poets Society en The Truman Show.

Au Revour les Enfants (1987)
Weer een film die zich afspeelt op een kostschool. Deze productie betekende veel voor regisseur Louis Malle, omdat hij gebaseerd op zijn eigen jeugdervaringen tijdens de oorlog. Opperfilmrecensent Roger Ebert schreef er een mooi artikel over. De oorlog is in eerste instantie een terzijde op de kostschool op het Franse platteland. Af en toe klinkt er luchtalarm en moet iedereen de kelder in, maar een voorgelezen bijbeltekst (“nu lachen jullie, straks zullen jullie huilen”) is een voorbode van wat er komen gaat. Want waarom maakt de schoolleiding zich opeens zo’n zorgen om leerling Jean Bonnet? In al z’n eenvoudigheid is de film behoorlijk indrukwekkend. Schokkende jeugdherinneringen worden neergezet als vreemde, voorbijgaande gebeurtenissen in een vertrouwde, bijna sprookjesachtige omgeving van spelen en leren; pas op latere leeftijd, als de realisatie komt, beginnen ze hun diepe sporen achter te laten. De tijd heelt sommige wonden, maar maakt andere ook dieper.

The Savages (2007)
Wat doe je als je vader, met wie je uitgesproken slechte band hebt, extra zorg nodig heeft? Met die vraag worden een broer (Philip Seymour Hoffman) en een zus (Laura Linney) plots geconfronteerd. Het verhaal wordt erg low-key gebracht, er zijn geen schokkende ontwikkelingen en er is zelfs plaats voor een grap. Dat Hoffman goed kon acteren, wisten we al, maar ook Linney is fantastisch op dreef. Ze spelen heel geloofwaardige personages, al zijn het geen ‘Joe the Plummers’: hij is professor en romanschrijver, zij is toneelschrijfster (vraag: wíllen we wel volkomen doorsnee mensen in films?). Net als het minstens even goede Away From Her gaat The Savages over de problemen van het ouder worden in het algemeen en dementie in het bijzonder. Schuldgevoel ligt om de hoek als je je ouwelui in een verpleeghuis stopt, maar ook de eens zo vanzelfsprekende ouder-kindrelatie moet weer flink worden overdacht. Nog een diepe vraag: Kunnen we meer van dit soort films verwachten vanwege de vergrijzing?

• HALL OF SHAME
Ober (2006)
Van Warmerdams Noorderlingen was geniaal, en hoewel ik zijn andere films nog niet heb gezien (for shame!!), had ik toch echt meer verwacht dan een zouteloze, bloedeloze, saaie zeurfilm. Wát een teleurstelling, zeg! Ik ga hem niet eens samenvatten. Ik sta open voor bijna alle soorten humor: understated, gitzwart, absurdistisch, fysiek... ik vind het allemaal leuk. Maar Ober is niet grappig, niet gevat en loopt gewoon voor geen méter. Een 5/10 voor het idee, de consequente toon en enkele (enkele!) amusante scènes.


ATTENTIE FILMNERDS: Alle negens, plus Picnic at Hanging Rock en Au Revoir les Enfants, zijn bij mij te leen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten